In het kader van de energietransitie verschijnen op steeds meer locaties windturbines, ook in Nederland. Het is bekend dat windturbines slachtoffers kunnen maken onder vleermuizen. Windenergie is daarom een thema waar de Zoogdiervereniging zich mee bezig houdt. We richten ons daarbij vooral op het beleid en inzicht in effecten (monitoring en vooronderzoek), en mogelijkheden om effecten te verminderen (monitoring van maatregelen).
Wereldwijd wordt veel onderzoek gedaan naar welke soorten vleermuizen vooral slachtoffer worden van windturbines, welke aantallen slachtoffers er vallen, wanneer in het jaar dat gebeurt, waar dat gebeurt en wat de relatie is met factoren zoals de directe omgeving (landschap), weersomstandigheden en de aanwezigheid van voedsel.
Omdat er veel factoren een rol spelen en onderzoek arbeidsintensief is, wordt er ook steeds meer gebruik gemaakt van een modelmatige benadering. Die modellen dienen dan wel gevalideerd te worden door velddata.
NatuurInclusieve Energietransitie Wind en Hoogspanning Op Land (NIEWHOL)
Een beleidsmatig belangrijke ontwikkeling op het gebied van windenergie in relatie tot vleermuizen in Nederland is het traject NIEWHOL: NatuurInclusieve Energietransitie Wind en Hoogspanning Op Land. De Zoogdiervereniging participeert hierin samen met de ministeries van Economische Zaken en Klimaat (EZK) en van Landbouw, Natuur en Voedselkwalititeit (LNV), het Interprovinciaal Overleg (IPO), de Nederlandse WindEnergie Associatie (NWEA), TenneT, Vogelbescherming Nederland en de Natuur- en Milieufederaties. Doel is om te komen tot afspraken die leiden tot een vermindering van de nadelige effecten op kwetsbare soorten, het beter inzichtelijk maken wat het nadelig effect is op landelijk niveau, en het kunnen ontwikkelen van nieuwe windparken en hoogspanningslijnen binnen de geldende eisen van de Wet Natuurbescherming.
De afgelopen jaren hebben de betrokken partijen overeenstemming bereikt over de bouwstenen van de afspraken. Onderdeel van de afspraken zijn –ook financiële- mogelijkheden en voorwaarden voor goede monitoring en databundeling, onderzoek ontbrekende kennis en mogelijkheden voor populatie-versterkende maatregelen.
- Bouwstenennotitie, versie juni 2021
- Monitoringsprotocol Wind op Land 2021(slachtoffermonitoring)
- Projectplan Handreiking Populatieversterkende Maatregelen
Overige informatie:
Protocollen vleermuisonderzoek bij windturbines (2012)
De voorloper van de in het NIEWHOL traject ontwikkelde protocollen werden in 2012 door Bureau Waardenburg en de Zoogdiervereniging opgesteld, in opdracht van Agentschap NL, ENECO en NUON. Daarvoor deden zij onderzoek naar slachtoffers en vleermuisactiviteit in vijf Nederlandse windparken en op basis daarvan werd een voorspellingsmethode getest en verder ontwikkeld. Ook zijn onderzoeksprotocollen gemaakt. Die protocollen en andere publicaties over windturbines en vleermuizen en vleermuizen kun je hier downloaden:
- Rapport Protocollen Vleermuisonderzoek bij windturbines (2012).
- Rapport Windturbines and bats in the Netherlands (2012).
- Artikel in Zoogdier: Effecten van windturbines op vleermuizen (2012)
- Artikel in Toets: Windturbines en vleermuizen - naar een voorspellingsmodel voor slachtoffers
Overig:
- Presentatie: Het effect van windmolens op vleermuizen en vogels (Zoogdiervereniging, Vogelbescherming Nederland en Sovon, 2019).
- Eurobats Guidelines for consideration of bats in wind farm projects (revision 2014).